Thema : Woordvolgorde in het Nederlands

Werkwijze : Portfolio met groepsdiscussies; de studenten lezen het/de opgelegde artikel(en) op voorhand aan de hand van begeleidende vragen. Tijdens het college worden in groepsverband de antwoorden op de vragen besproken. Het commentaar van de verschillende groepen wordt met elkaar geconfronteerd tot een gemeenschappelijk (voorlopig) antwoord. De input van de verschillende colleges werkt cumulatief.

Aansluitend bij de theoretische besprekingen repliceren we in groepsverband een theoretische studie op basis van nieuwe data.

College: vol.1 22,5u + vol. 2 5u

ECTS: 5 (1 ECTS = 25 à 30u studentenwerk – college inbegrepen – reken zelf maar uit)

Examen: Mondeling examen op basis van de portfolio (openboekexamen, 50%) en onderzoeksverslag van de empirische studie (50%)

Doelstelling: Inzicht geven in verschillende aspecten die te maken hebben met woordvolgorde van de Nederlandse zin. Het gaat hier niet om zinsontleding (zinswoordgroepen kunnen noemen), maar om het blootleggen van de mechanismen die een bepalende rol spelen in de structuur van de Nederlandse zin. Daarbij gaan we vooral in op de motivering voor variatie in de woordvolgorde.

De empirische studie heeft als doel de studenten te confronteren met de realiteit van het empirische onderzoek dat ten grondslag ligt aan de theoretische standpunten op het gebied van de woordvolgorde in het Nederlands.